Net als in zijn andere reeksen ‘Lucy’ en ‘Het meisje Van de Yukon’ pakt Thirault in deze reeks een stukje Amerikaanse geschiedenis aan. Voor deze ‘O’Boys’ situeert hij Mark Twains ‘Avonturen van Huckleberry Finn’ veertig jaar later. Maar waar Twain alles nogal eens durft te romantiseren, zet Thirault vooral de keiharde alledaagse realiteit extra in de verf. Zo is het een gortdroge, soms zelfs bloederige strip geworden, ook dankzij de inbreng van tekenaar Cuzor die alles op een passende, maar vrij klassieke manier in beeld brengt. Dat dit album bijwijlen een ode aan Jean Giraud lijkt, pakken we er graag bij.
In dit eerste album maakt Huck kennis met de negerslaaf én bluesmuzikant Charley Williams. Vanaf dat moment zijn hun levens onlosmakelijk met elkaar verbonden. Dit album is een degelijke en mooie ‘hertaling’ van een onverwoestbare klassieker geworden. Nu zijn we uitermate benieuwd hoe Thirault Twains magnum opus verder zal uitpuren. (MS)
Philippe Thirault & Steve Cuzor
‘O’Boys 1: Het bloed van de Mississippi’, Dargaud, 65 blz., €6,25.
****
