Waar sprookjes vandaan zouden kunnen komen, zo moet je de titel van deze serie begrijpen. Philippe Bonifay gebruikt wel enkele elementen uit de overleveringsgeschiedenis van bekende sprookjes, maar bovenal wendt hij zijn eigen fantasie aan om alternatieve verhalen te scheppen. Die verhalen zouden dan de ware bronnen zijn van de bekende sprookjes van schrijvers als Perrault en de gebroeders Grimm. Bonifay gebruikt nog enkele waargebeurde gegevens uit de levens van die schrijvers, maar voor het overige wijken zijn nieuwe verhalen behoorlijk af van wat we weten over deze sprookjes.
Zo is Collodi’s Pinokkio ‘gebaseerd’ op het leven van een pleegkind dat opgroeit in de Parijse opera – waar Collodi haar ontmoet zou hebben. Het eenvoudige verhaal is evengoed een ruime verkenning van het fascinerende operagebouw en de wereldtentoonstelling van 1878. Blauwbaard zou eigenlijk twee figuren zijn: een tweeling, een knappe broer met een goede ziel en een misvormde, kwade genius die zich wreekt op de vrouwen van zijn zachtaardige broer. Met ongeloofwaardige verhaalwendingen in Afrika en Venetië en een theatraal kaderverhaal, waarin Perrault praat tegen het graf van zijn dode tweelingbroer, vergt dit dramatische verhaal veel goede wil van de lezer om hem of haar te blijven boeien. Bonifays grimmige versie van Sneeuwwitje blijft nog het dichtst bij de volksverhalen over jaloerse stiefmoeders en groepen van dwergen (Nibelungen).
Die laatste strip is goed getekend, in donkere kleuren, met sprekende gezichten, maar ook, vreemd genoeg, vaak storende fouten in de verdere anatomie van de figuren. ‘Blauwbaard’ is, in overeenstemming met het uitzinnige verhaal, getekend met heftige wisselingen en dramatische perspectieven. ‘Pinokkio’ baadt in zachte, bruine kleuren, met veel aandacht voor de decors in Parijs of de levendige fantasie van het hoofdpersonage. (CB)
Philippe Bonifay & Thibaud de Rochebrune
‘Waar sprookjes vandaan komen: Pinokkio’
Glénat, 72 tot 88 blz. per deel, €16,95.