Column Wim Lockefeer: On screen 16

Je bent hier:  Home » Nieuws » Column Wim Lockefeer: On screen 16

Dat het internet een podium biedt aan rare kwasten allerhande en hun merkwaardige hobbies, is al lang geen geheim meer. Voor elke interesse, obsessie of verzamelwoede is er wel iemand die er een website aan wijdt. Gelukkig betekent dat ook dat er tussen al dat kaf heel veel heel mooi koren te vinden is, als je maar wil zoeken. Het verzamelen van oude strips in al hun vormen blijkt zo’n onderwerp te zijn waaraan menig liefhebber zijn vrije tijd besteedt, maar waarvan de resultaten in digitale vorm ook volop met anderen gedeeld worden.

Een goede start voor een duik in het verleden is Coconino Classics, het online tijdschrift van Thierry Groensteen en zijn kornuiten. Al meer dan tien jaar presenteert deze prachtig vormgegeven website verloren gewaande strips en protostrips, illustratiewerk en cartoons uit de 19de en het begin van de 20ste eeuw. Ronduit fantastisch zijn de speciale edities over de cartoonisten van Simplicissimus en Harper’s, en het portfolio van Winsor McCay (met de geanimeerde Little Sammy Sneeze).

Helemaal terug in de tijd gaat de Early Comics Archive van cartoonist Andy “Konky Kru” Bleck. Met een engelengeduld zoekt die in bibliotheken en antiquariaten naar de belangrijkste oervoorbeelden van het Europese stripverhaal. Töpffer, Hoffmann, Cruikshank, Busch, ze zijn allemaal present met scans van bijzondere kwaliteit. Heel bijzonder is de reeks woordenloze strips die in 1897 op de achterkant van het tijdschrift Harper’s Round Table stonden.

Barnacle Press biedt zichzelf dan weer aan als Comics 1.0, en lijkt van ongeveer elke klassieke krantenstrips een paar voorbeelden in zijn collectie te hebben. Niet alleen Barney Google, Happy Hooligan of The Katzenjammer Kids, maar ook minder bekende pareltjes als The Diary of Snubs, Our Dog of Life on the Radio Wave krijgen daarbij een plaatsje.

Krantenstrips

Als het gaat over klassieke Amerikaanse krantenstrips is Allan Holtz, auteur van de ‘Guide to U.S. Newspaper Comic Strips and Cartoon Panels’, trouwens niets minder dan een autoriteit. Op de Stripper’s Guide diept hij met regelmaat van de klok vergeten en obscure pareltjes op uit krantenarchieven uit heel de VS, en gaat daarbij niet zelden terug tot het prille begin van de 20ste eeuw. Steeds probeert hij zoveel mogelijk gegevens over de reeksen en de auteurs te vermelden, en zijn scans zijn steeds van zeer hoge kwaliteit.

Pappy’s Golden Age Comics heeft dan weer een voorliefde voor strips die in comic books verschenen in de jaren ’30, ’40 en ’50. Niet zelden presenteert Pappy vergeten vroeg werk van latere groten zoals Frank Frazetta of Jack Cole (om twee recente voorbeelden te noemen). In korte, heldere artikeltjes situeert hij auteur en werk, en de verhalen zijn meestal ook met zorg geselecteerd. Alleen jammer dat zijn scans zo’n beetje overal vandaan komen, wat voor een zeer ongelijke kwaliteit zorgt. Bear Alley is dan weer de blog van de gelijknamige uitgeverij van Steve Holland, die zich specialiseert in geannoteerde heruitgaven van klassieke Britse strips.

Een speciale vermelding mag nog voor Digital Funnies, de site waarop Jonathan Barli bijzonder goede, gedetailleerde scans van klassieke krantenstrips te koop aanbiedt op CD-rom en DVD. Van elke collectie, zoals de ‘Tony Sarg’s Bird’s Eye Views’ of ‘Toonerville Folks’ van Fontaine Fox, biedt Barli bovendien een paar voorbeelden gratis aan, waardoor je je een beeld kan vormen van de bijzondere kwaliteit van dit archiveringswerk.

 

Wie verder zoeken wil, doet er goed aan de discussiegroepen op Yahoo Groups onder de loupe te nemen. Via Overdosed verdeeld Merlin Haas zijn hoogkwalitatieve scans van oude Amerikaanse krantenstrips en advertenties. Spacevoucherhoax is dan weer een goudmijn voor reproducties van alles wat van dicht of veraf met popcultuur te maken heeft. Voor scans van klassieke Britse strips zijn Scanarama en Britcomics dan weer zeer interessant, en wie doorbijt, vindt vast wel meerdere groepen die aan deze of gene klassieke strip gewijd zijn.

Eens te meer gaat dit stukje vooral over Amerikaanse en Engelse sites, en dat eigenlijk vooral doordat de interesse van schrijver dezes vooral die kant uitgaat. Maar niet getreurd : terwijl het materiaal voor dit stukje verzameld werd, kondigde onze eigen Pascal Lefevre zijn nieuwe blog aan, gewijd aan de studie van vroege Belgische strips (wat eigenlijk wil zeggen, daterend voor het debuut van Kuifje in 1929). Het is nog een beetje te vroeg om te zien waar Pascal heen wil met zijn blog, maar zijn eerste post is in elk geval veelbelovend.

Wim Lockefeer (Sparehed.com)