In het stadhuis van Brussel zijn de jaarlijkse Sint-Michiels stripprijzen uitgereikt. De Sint-Michielsprijzen werden in het leven geroepen in 1971 en zijn daarmee de oudste onderscheidingen die worden toegekend aan de Franco-Belgische strip.
De Italiaan Milo Manara ontving de Grote Prijs Sint-Michiel “voor het volledige oeuvre van een auteur die de strip mee tot de negende kunst heeft verheven”. Manara publiceerde zijn eerste platen al in 1968, toen al met een sensuele toets. Vijftien jaar later bevestigt hij zijn faam als tekenaar van erotische strips met de verschijning van ‘De schakelaar’. Manara werkte daarna nog samen met onder meer Hugo Pratt en Federico Fellini.
De Nederlander Paul Teng won de Sint-Michielsprijs voor het beste album van een Nederlandstalige auteur met ‘De ijzeren poort’. Het vijftiende avontuur van de middeleeuwse architect Tristan, een personage gecreëerd door Jacques Martin, kon dankzij het tekenwerk terug rekenen op de goedkeuring van de critici.
Enkele in het Nederlands vertaalde strips vielen ook in de prijzen. Het beste album van 2016 was ‘De moordenaar van Lucky Luke’, het one shot van Mathieu Bonhomme met de jarige cowboy van Morris in de hoofdrol. Xavier Dorison en Fabien Nury werden beloond voor hun scenario voor ‘Zo maak je fortuin in juni 1940’ en Christophe Simon ontving de persprijs voor ‘De drie parels van Sa-Skya’, zijn hommage aan Paul Cuvelier. De Zwitser Frederik Peeters maakte volgens de jury de mooiste tekening in zijn western ‘Een beeld van een jongen’.