Bronzen Adhemar 1987: Erika Raven

Je bent hier:  Home » Nieuws » Bronzen Adhemar 1987: Erika Raven

Begin 2016 werd de festivalorganisatie van Angoulême door vrouwelijke stripauteurs beschuldigd van seksisme. Op de lijst van tekenaars die in aanmerking kwamen voor de Grote Prijs van Angoulême, zowat de belangrijkste striponderscheiding van Europa, kwam immers geen enkele vrouw voor. Hier doen we dat wel even anders. Erika Raven won de Bronzen Adhemar al in 1987.

Toegegeven, zij blijft wel de enige vrouw in het voor de rest door mannen gedomineerde lijstje. Bij de noorderburen is de belangrijkste oeuvreprijs voor Nederlandse tekenaars is de Stripschapprijs, die in 2016 is uitgereikt aan Maaike Hartjes. Ging haar voor: Barbara Stok in 2009. De prijs bestaat al sinds 1974.

Maar terug naar Erika Raven en het jaar 1987. Opeens kreeg Erika Raven – haar echte naam is Erika de Ceuckelaire – veel belangstelling. “Het grappige was dat er opeens een publiek nieuwsgierig was, om welke redenen dan ook, om de strip te kopen. Daarom vind ik een aanmoedigingsprijs belangrijker dan een oeuvreprijs. Bekende mensen hebben zo’n aanmoediging niet nodig. Anderen daarentegen kunnen die aandacht wél gebruiken. Ik denk dat personen zoals Berck en Johan De Moor, die toch al in het buitenland gepubliceerd worden, er minder aan hebben. Een Jan Bosschaert of Marvano heeft daar meer belang bij. Verder heeft het ook gezorgd voor een heleboel contacten met andere tekenaars en mensen die met de strip te maken hadden, wat dikwijls aangename ervaringen waren.”

“Ik denk dat personen zoals Berck en Johan De Moor, die toch al in het buitenland gepubliceerd worden, er minder aan hebben. Een Jan Bosschaert of Marvano heeft daar meer belang bij.”

Erika Raven in Libelle

Toch bracht de Bronzen Adhemar Erika Raven niet de verhoopte doorbraak. Daar zat flink wat tegenspoed voor iets tussen. Haar uitgever, Den Gulden Engel, gaf zijn stripfonds op. Ze maakte werk van andere projecten en initiatieven, waaronder reeks voor Libelle, terwijl het op stripvlak stil werd.

Zo publiceerde ze in 2004 Het kreng, een non-fictiewerk waarin ze een zoektocht ondernam om ‘het probleem’ feminisme te begrijpen. Datzelfde jaar lanceerde ze ook Stripvacature, wat een online ontmoetingsplek moest worden voor (aspirant-)stripauteurs die met elkaar in contact willen komen en in ‘het vak’ worden geloodst met een uitgebreid informatiepakket. De ambities waren hoog: publicatiemogelijkheden, juridische en statutaire documentatie, startersinfo omtrent financiële steunmaatregelen en subsidies en een handleiding voor uitgaven in eigen beheer. Ook maakte ze met Peter Moerenhout en Maarten Vande Wiele het zeer gesmaakte tweeluik I love Paris/I hate Paris.

Ontdek de lijst met alle laureaten van de Bronzen Adhemar elders op deze website.
Morgen: Johan De Moor.

Toekomst van Stripgids Magazine

Hoewel Roel Daenen afscheid neemt blijft Stripgids Magazine een bloeiend platform. Het tijdschrift zet de dialoog over strips voort en zal ook nieuwe hoofdstukken toevoegen aan het beeldverhaal in Vlaanderen en daarbuiten. Zijn opvolger zal zonder twijfel verdergaan op de ingeslagen weg.

Daenen: “Wannes Van De Velde wist: ‘Ne zanger is ne groep.’ Zonder de fantastische mensen die de redactie bemannen, de eindredacteurs, de vormgever, mijn collega’s bij Stripgids en iedereen die heeft bijgedragen tot het blad had ik dit parcours onmogelijk kunnen lopen. Ik wil hen, net als de raad van bestuur en ook al onze partners en subsidiënten, van harte danken voor de fijne tijd, het plezier en het serieux waarmee we ‘het mooiste stripblad van Europa’ hebben kunnen maken.”

Hieronder: Adhemar, Jan Smet  en Roel Daenen bij de lancering van Stripgids #1 (van de derde reeks).

“Stripgids wil hulde brengen aan Roel Daenen die het blad en de organisatie in woelige tijden mee overeind heeft gehouden en ze tot bloei hebben gebracht,” zegt voorzitter Karl van den Broeck. “We zullen hem daarvoor altijd dankbaar blijven.”

Stripgids Magazine #16, Daenens laatste editie, verschijnt midden november. Daarin blikt hij uitgebreid terug op de periode 2003 – 2024.
Neem snel een abonnement: dan kan u die fascinerende geschiedenis ook lezen!